We vertrouwen te veel op technologie
Het wordt tijd dat we onder ogen zien dat inzetten op nieuwe technologie onvoldoende is om het klimaatprobleem aan te pakken.
Technologie als panacee, het is een natuurlijke reflex van wetenschappers en ingenieurs. Technologie heeft al zo veel problemen opgelost, waarom dan ook niet het volgende? Dreigt de toenemende concentratie broeikasgassen in de atmosfeer ecosystemen te ontwrichten? Dan installeren we windmolens en zonnepanelen, gaan we in elektrische auto’s rijden en in elektrische vliegtuigen vliegen. Putten onze economieën de natuurlijke hulpbronnen van de aarde uit? Geen probleem, we gaan ontwerpen voor hergebruik en creëren circulaire economieën.

Ook ik heb er lang op vertrouwd dat technologische vooruitgang de klimaatcrisis (en andere ecologische bedreigingen) zou oplossen. Toen ik een tiener was, en later student, was ik ervan overtuigd dat de mensheid toewerkte naar een Star Trek-achtige wereld, waar er schone energie in overvloed is, voedsel uit het niets wordt gecreëerd en het weer altijd geweldig is dankzij een wereldwijd weather grid. Niet langer gekweld door ziekte, vervuiling, honger en armoede ging de mensheid zich richten op zelfverbetering en wendde zij haar blik tot de sterren.
Ik was me er destijds niet van bewust, maar ik ging ervan uit dat technologische en sociale vooruitgang onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Bevrijd van de noodzaak om het grootste deel van de dag te moeten werken om zich in basisbehoeften te voorzien, zouden mensen hun minder fijne instincten achter zich kunnen laten en waarden als mededogen en tolerantie kunnen omarmen. Naar mijn idee zou technologie de mensheid dus bevrijden van haar duistere kanten.
Dit geloof was het eerste dat sneuvelde. Zeker, je geen zorgen hoeven maken over levensonderhoud is bevorderlijk voor vrede en samenwerking, maar, zoals recentere Star Trek-edities hebben verkend, de geschiedenis is geen kaarsrechte lijn van barbarij naar beschaving. Wanneer samenlevingen ‘morele vooruitgang’ boeken, kan die gemakkelijk weer afkalven. In ons toch best comfortabele landje spant een luidruchtige minderheid zich daarvoor in.
Vooruitgang in wetenschap en technologie daarentegen is ontegenzeggelijk cumulatief en onomkeerbaar. Wetenschappelijke paradigma’s kunnen veranderen en een technologische vondst kan doodbloeden, maar afgezien van een catastrofale nucleaire winter of iets dergelijks zal onze collectieve kennis nooit krimpen.
Hoewel deze eigenschap goed nieuws lijkt om de klimaatcrisis aan te pakken, denk ik dat zij meer kwaad dan goed heeft gedaan. De voortdurend toenemende mogelijkheden van technologie hebben ons een vals gevoel van veiligheid gegeven. De Club van Rome waarschuwde ons al tientallen jaren geleden dat er grenzen zijn aan de groei. Hebben we geluisterd? Nee, we gingen tekeer alsof we nog een paar planeten achter de hand hadden. De technologie zou ons immers wel komen redden.
Inmiddels zien we onder ogen dat we dringend de uitstoot van koolstofdioxide en andere broeikasgassen moeten verlagen, maar we denken nog steeds dat de technologie al het werk voor ons zal doen. We hoeven onze levensstijl niet aan te passen, we hoeven economische groei niet aan banden te leggen. We gaan de planeet redden door windmolens neer te zetten en Tesla’s te kopen. En omdat die strategie nu al tekort blijkt te schieten, beroepen we ons opnieuw op onbewezen oplossingen als net zero-strategieën en negatieve-emissietechnologie. Alles om de harde waarheid maar niet onder ogen te hoeven zien.
Ik heb mijn niet aflatende vertrouwen in technologie laten varen. Natuurlijk speelt technologie een essentiële rol in de bestrijding van klimaatverandering, maar als we onze planeet willen redden, ontkomen we niet aan pijnlijke en ontwrichtende aanpassingen van ons gedrag en onze economie. Hernieuwbare energiebronnen zullen nooit kunnen voldoen aan de energievraag van de hedendaagse geïndustrialiseerde economieën. Elektrische auto’s zijn misschien een beetje beter dan auto’s die op fossiele brandstoffen rijden, maar de echte oplossing is om veel minder te rijden. Meer energiezuinige producten kopen is een stap vooruit; minder spullen kopen heeft veel meer impact. Enzovoorts.
In Star Trek was het altijd de geavanceerde technologie die me het meest wist te boeien, maar nu zie ik in dat het plotelement zelfverbetering minstens zo interessant is.