Voorspellend onderhoud nog niet volop benut

Alexander Pil
26 juni 2017

Twee derde van de bedrijven is nog niet volwassen op het gebied van voorspellend onderhoud. Dat blijkt uit een onderzoek van PWC en Mainnovation, in samenwerking met Kantar TNS. Het onderzoek is uitgevoerd onder 280 bedrijven in Nederland, Duitsland en België.

‘Om te kunnen beoordelen waar bedrijven zich bevinden, hebben we gebruikgemaakt van vier niveaus van volwassenheid met betrekking tot voorspellend onderhoud’, aldus Michel Mulders, partner en sectorleider Industrial Manufacturing bij PWC. ‘Naarmate bedrijven op een hoger niveau komen, is er een toename te zien van de hoeveelheid data die ze gebruiken om fouten te voorspellen.’

Mark Haarman, partner bij Mainnovation, voegt hieraan toe: ‘Niveau vier omvat het toepassen van de kracht van machine learning-technieken om duidelijke patronen in grote hoeveelheden data te identificeren en nieuwe, praktische inzichten te genereren om zo de betrouwbaarheid van assets te verbeteren. We noemen dit predictive maintenance 4.0. Dit biedt bedrijven de kans om tot nu toe onvoorspelbare fouten te voorspellen.’

Het onderzoek laat zien dat twee derde van de respondenten nog steeds op volwassenheidsniveau een of twee zit. Slechts 11 procent heeft al het hoogste niveau bereikt. De middelen, competenties en tools die respondenten gebruiken, passen bij hun volwassenheidsniveau: geschoolde technici, standaard software-instrumenten en onderhoudslogboeken spelen een dominante rol in hun huidige voorspellende onderhoudsprocessen. Slechts een paar bedrijven maken al gebruik van de mensen en tools die nodig zijn voor predictive maintenance 4.0: betrouwbaarheidsingenieurs en data wetenschappers, statistische softwarepakketten en externe databronnen.

Uit het onderzoek komt naar voren dat de respondenten vrij ambitieus zijn om hun niveau in voorspellend onderhoud te verbeteren. Ongeveer een op de drie bedrijven verwacht binnen een periode van vijf jaar in een of andere vorm op niveau vier te zitten. Verbetering van de uptime is de belangrijkste reden waarom de respondenten daarnaartoe willen. Andere belangrijke redenen hebben betrekking op andere traditionele value drivers in onderhoud- en assetbeheer, zoals kostenreducties, levenslange verlenging voor verouderende assets en het reduceren van veiligheids-, gezondheids-, milieu en kwaliteitsrisico’s.