Vimag: ‘Ander verdienmodel onontkoombaar’

Alexander Pil
10 maart 2014

In de metaalverwerkende industrie zal er een discussie moeten komen over een nieuw verdienmodel voor machine- en gereedschappenleveranciers. De marges zijn te gering om hieruit het advieswerk, dat steeds belangrijker wordt, te kunnen blijven financieren. Dat zegt André Gaalman, voorzitter van de Vimag-sectie van de Federatie Productie Technologie, in het Jaarboek Verspanen dat deze week op de Techni-Show wordt gepresenteerd.

Gaalman is positief over de vooruitzichten voor de sector, zowel voor dit jaar als voor de komende jaren. ‘Het positieve gevoel wordt thans onderbouwd met feiten uit de markt. De sector komt uit een diep dal. De weg omhoog zal best af en toe nog wel eens hobbelig zijn’, verwacht hij.

De Vimag-voorzitter ziet wel dat de markt voor machine- en gereedschappenleveranciers veranderd is. Klanten leunen meer en meer op hun machine- en gereedschappenleverancier. ‘Onze adviesrol wordt steeds belangrijker’, merkt Gaalman. ‘Klanten doen een zwaarder beroep op ons voor kennis. Dat is hartstikke mooi, want dan ben je als leverancier belangrijk voor je klant. Maar het beperkt ook onze groeikansen.’

Allereerst is er de uitdaging dat de leveranciers zelf voldoende technische medewerkers weten aan te trekken. Als tweede spelen de kosten. Het verdienmodel van de sector is nu nog dat advies gratis wordt gegeven en dat machines en gereedschappen worden gefactureerd. ‘De kennis betalen we uit de marge. Dit verdienmodel is echter soms nog maar lastig te realiseren’, aldus de Vimag-voorzitter. Hij vindt daarom dat in de toekomst een discussie moet worden gestart over een nieuw verdienmodel. Dat zou bijvoorbeeld kunnen zijn dat een leverancier bij speciale gereedschappen en projecten meedeelt in de besparing die wordt gerealiseerd.