Vele wegen naar Rome in 3D
Het lijkt wel of iedereen besmet raakt met het 3D-printvirus. Hoe kunnen Nederlandse bedrijven aanhaken? Een roadmap van Innovatie Zuid geeft slechts beperkt antwoord.
Op 1 oktober presenteerde Innovatie Zuid de roadmap ‘3D printen’. Het blijft een complex probleem hoe een 3D-printingecosysteem in Nederland aan te jagen en waarop moet worden ingezet. De aanbevelingen van de roadmap zijn gecentreerd rond educatie, technologische ontwikkeling, verdienmodellen en vraagontwikkeling. Het blijft ook in de roadmap een open vraag of er een internationale hotspot voor 3D printing wordt opgesteld en hoe dat nu zal gaan gebeuren. De aanbevelingen geven aan dat de markten waar de competenties in Zuid-Nederland sterk bij aansluiten de machinebouw en de (print)elektronica zijn. Dat komt niet echt als een verrassing.

Door de vele onzekerheden is het lastig een keuze te maken voor acties of projecten. Zo bevat de roadmap een enorm overzicht van kansen, mogelijkheden, markten, technologieën, businessmodellen, keuzes en potentiële projecten. Waar nu als speerpunt op moet worden ingezet, dat wordt nog niet geheel duidelijk. Nederland ligt, volgens de roadmap, achter op België en Duitsland. Dat hoeft niet slecht te zijn. Mogelijk kan het gebruikmaken van deze achterstand door in te spelen op de wet van de remmende voorsprong.
Inmiddels zijn er ook al flink wat initiatieven opgestart, onder meer bij TNO (Penrose), STW, Sirris, NLR, M2I en Addlab, en staat ideële of financiële ondersteuning gereed bij Brainport Industries, Berenschot, Bom, Liof en anderen. Voorwaarde is wel dat heldere keuzes worden gemaakt welke acties en projecten nu slim zijn. Zoals John Blankendaal van Brainport Industries het aangeeft, is het noodzakelijk de overflow aan initiatieven te stroomlijnen en prioriteiten aan te geven.
De markt voor 3D printen bedraagt volgens McKinsey twee miljard euro. De prognose is dat die wereldmarkt in 2025 tot tweehonderd miljard gaat groeien. Daarbij plaatst het consultancybureau direct de kanttekening dat er ‘flinke onzekerheden zijn in de wijze waarop deze technologie in de markt wordt opgepakt’. 3D printing bevindt zich op de top van de hypecyclus, dus de voorspellingen zijn waarschijnlijk te positief.
Harde acties
Er zijn zeker kansen, vele kansen zelfs. Het vergt een andere ontwerpdenkwijze en geeft een nooit eerder vertoonde vormvrijheid in het ontwerp. 3D printen is daarbij duurzaam, materiaal gaat niet verloren door verspanen en er is minder energie nodig dan bij conventionele productieprocessen. Ook zijn er minder hulpstoffen nodig zoals koelvloeistoffen en smeermiddelen.
Er zijn echter ook nadelen. Het grootste bezwaar is dat, zoals de roadmap aangeeft, ‘3D printen technologisch voor enkele materialen nog onvolwassen is’. Dat viel ook te beluisteren op de infomarkt die bij de roadmappresentatie werd georganiseerd. Neem Driven Eyewear. Dit Venlose bedrijf zet 3D printing in bij de realisatie van brilmonturen. Deze monturen worden via een waterstraalprocedé uitgesneden uit (oude) motorkappen van auto’s. Solderen van een metalen brilscharnier is daarbij moeilijk want dan gaat de autolak en patina van het oppervlak verloren. Driven ontwierp daarom een redelijk eenvoudig 3D geprint scharnier, speciaal passend bij de bril, maar de robuustheid van die kunststof componenten laat veel te wensen over. Metaal printen zou kunnen, maar bij kosten van rond 35 euro voor een scharniertje wordt de bril veel en veel te prijzig, zeker als de marge van wederverkopers wordt meegeteld. Dan gaat het hierbij niet eens om een complex product.
Er zijn nog flinke uitdagingen. De roadmap signaleert dit en spreekt over een ‘balansprobleem’ tussen eisen als kostprijs, levertijd, kwaliteit en functionaliteit versus productprestaties zoals sterkte, stijfheid, nauwkeurigheid, oppervlakteruwheid en reproduceerbaarheid. Nederland kan zeker een rol gaan spelen in de 3D-printmarkt maar dan is het wel zaak om heldere en duidelijke keuzes te maken en flink de beurs trekken om tegen wereldspelers een unieke positie te veroveren. Daarvoor dienen wel snelle en harde acties te volgen op de roadmap. Het is de vraag of Nederland daar echt klaar voor is.