Twents ontwerp opent deur naar betere armprothese
De UT en Roessingh R&D hebben een prototype onderarmprothese ontwikkeld die de huidige praktijk sterk moet verbeteren door actuatie met spiersignalen en terugkoppeling via trillingen op de huid. Het prototype is het voorlopige resultaat van het Myopro-project. Afgelopen donderdag verdedigde promovenda Heidi Witteveen haar proefschrift naar aanleiding van dit project. In mei volgt een tweede promovendus, Bart Peerdeman.
Armprothesen zijn over het algemeen niet populair onder amputatieslachtoffers. Dat heeft uiteenlopende reden, waaronder het uiterlijk, comfort en bedieningsgemak – als ze gebruikt worden, is dat vooral voor cosmetische doeleinden. Actieve prothesen kunnen meestal een grijpfunctie maken door krachten vanuit de schouder via een mechanische constructie over te brengen. Een alternatief is om een prothese met elektromotoren te gebruiken, die worden aangestuurd met elektrische signalen van spieren in de armstomp.
Deze myo-elektrische aansturing is natuurlijker dan een puur mechanische constructie. Er zijn al commercieel beschikbare prothesen die deze manier van signalering gebruiken. Toch ervaren gebruikers hen vaak nog als beperkt: de enige mogelijke beweging is openen en sluiten en er is geen gevoel zodat de gebruiker hem op het oog moet bedienen.
Het Myopro-prototype verbetert deze aspecten. Krachtenterugkoppeling wordt gegeven met een reeks coin-motortjes op de armstomp, dezelfde motortjes die de trilfunctie van een mobieltje verzorgen. Uit simulatiestudies bleek dat de gebruiker met enige oefening ook zonder te kijken een prothese kan bedienen. Ook is er gewerkt aan het vergroten van het aantal vrijheidsgraden. Daarvoor wordt het aantal elektroden voor spieractiviteit flink opgeschroefd, zodat verschillende intenties overgebracht kunnen worden.