TUE start instituut Eires voor duurzame energiesystemen
De Technische Universiteit Eindhoven heeft maandag, tijdens de opening van het academisch jaar, het Eindhoven Institute for Renewable Energy Systems (Eires) gelanceerd. Eires wil nauw samenwerken met de hightechindustrie om gedecentraliseerde en slimme oplossingen voor energieconversie en -opslag te ontwikkelen. TUE investeert 10 miljoen euro in de oprichting van het nieuwe instituut.

‘We hebben excellente onderzoekers op het gebied van onder meer energieopslag en -conversie. Bovendien heeft de Brainport Regio Eindhoven een fantastische hightech- en maakindustrie die kan helpen bij de energietransitie. We bundelen deze krachten in dit nieuwe instituut’, zegt TUE-voorzitter Robert-Jan Smits.
‘We proberen de grootste uitdaging van de energietransitie aan te gaan: de sectoren energie, transport en chemie tegelijkertijd verduurzamen. Het gaat dus niet alleen om energie, maar ook om duurzame en hoogwaardige grondstoffen voor chemie’, verduidelijkt Richard van de Sanden, de wetenschappelijk directeur van Eires.
Zo is Eires het consortium Dutch Electrolyzer gestart, dat werkt aan een productielijn voor electrolyzers, die water ‘splitsen’ in waterstof en zuurstof door er elektrische stroom doorheen te laten lopen. Waterstof kan energie uit wind- of zonnepanelen opslaan, maar kan ook worden gebruikt als grondstof voor de chemische industrie, als input voor brandstofcellen om elektriciteit op te wekken, en als schone brandstof.
Het consortium richt zich op kleinschalige modulaire apparaten, waarvan de productie eenvoudig kan worden opgeschaald. Zo kunnen elektrolyzers eenvoudig in wijken worden geplaatst, of misschien zelfs in individuele windturbines. TUE en VDL Groep tekenden onlangs een intentieovereenkomst om deze technologie samen verder te ontwikkelen.
Andere onderzoeksprogramma’s van Eires richten zich op warmtebatterijen, metaalbrandstoffen en modellerings- en simulatietools voor toekomstige energiesystemen.