Solaytec spreidt zijn vleugels uit met spin-off Sald

Nadat Chinese concurrenten het bedrijf bijna van de zonnecelmarkt verdreven, is Solaytec optimistisch dat het nieuwe toepassingen voor zijn atoomlaagdepositietechnologie kan aanboren. De Eindhovense toolfabrikant heeft zusterbedrijf Sald opgericht om dat te verwezenlijken.

Paul van Gerven
11 februari 2020

Alleen zonnecellen is geen solide markt meer voor Solaytec. Dat is de harde werkelijkheid, legt Frank Verhage van de Eindhovense onderneming uit. Toen de vraag naar zijn atoomlaagdepositietools afnam, huurde Amtech – toentertijd het moederbedrijf van Solaytec – hem in oktober 2018 in om te onderzoeken of de Nederlandse dochter kon overleven. Het antwoord van Verhage: niet zonder naar nieuwe toepassingen te kijken.

Solaytec splitste tien jaar geleden af van TNO om de daar ontwikkelde spatial atoomlaagdepositietechnologie (sald) voor zonnecellen op de markt te brengen. Ald betekent in het algemeen dat een substraat achtereenvolgens wordt blootgesteld aan verschillende gassen, die op een zelfbeperkende manier met het oppervlak reageren, waardoor het letterlijk atoomlaag per atoomlaag wordt ‘gecoat’. Het verschil tussen sald en traditionele ald is dat in sald het substraat door de gassen beweegt, terwijl het in temporal ald stationair is en een reactor herhaaldelijk wordt gevuld en geleegd. Het continue karakter zou van sald de superieure techniek voor industriële toepassingen maken.

In tegenstelling tot de oem Solaytec zal Sald zich uitsluitend richten op de depositiekop en de engineering van de apparatuur aan partners overlaten. Foto: Solaytec

In de zonnecelmarkt was dat ook een tijdje het geval. In vergelijking met andere depositietechnieken zorgt een ald-laag aluminiumoxide voor extra efficiëntie, wat verschillende high-end fabrikanten ertoe bracht om Solaytecs sald-tools te kopen (evenals die van Levitech, een andere Nederlandse specialist in sald-apparatuur). Helaas, toen de aluminiumoxidelaag meer en meer mainstream werd in zonnecelsector, deden ook veel goedkopere Chinese batch-ald-gereedschappen hun intrede.

Hoge doorvoer

‘De zonnecelmarkt, met name in China, wordt momenteel gedreven door kostenreductie, niet door verbetering van de prestaties’, merkt Verhage op. ‘Dit kan natuurlijk veranderen, maar je kunt niet voorspellen wanneer dat zal gebeuren. Evenzo bieden perovskietzonnecellen een uitstekende kans voor ons, maar het is nog onzeker wanneer die uit de ontwikkelfase komen.’

Gelukkig hebben andere hightechindustrieën belangstelling getoond voor sald, onder meer fabrikanten van batterijen, de platte-schermenindustrie en leveranciers van geprinte elektronica. Er zijn ook voldoende lowtech toepassingen, zoals het luchtdicht afsluiten van verpakkingsmaterialen en het behandelen van textielvezels. ‘Als een high-throughput roll-to-roll-techniek is sald zeer geschikt voor deze applicaties’, zegt Verhage.

Solaytec werkt al een tijdje samen met meerdere bedrijven en onderzoekspartners om die alternatieve toepassingen te verkennen. Verhage kan op dit punt niet in detail treden, maar hij verzekert dat Solaytec klaar is om in de nabije toekomst nieuwe oplossingen te bieden. ‘We hebben de afgelopen zes maanden grote vooruitgang geboekt. We moeten gewoon wachten tot de patenten in orde zijn.’

Zusterbedrijf

In het licht van de groeiende toepassingsmogelijkheden voldoet de merknaam ‘Solaytec’ niet langer. Het is te nauw verbonden met de zonnecelindustrie, vindt Verhage. Daarom start Solaytec een zusterbedrijf, Sald genaamd, dat zich richt op andere toepassingen dan zonnecellen. Sald moet overigens niet worden verward met Saldtech, een ander sald-bedrijf dat is ontstaan ​​bij TNO en zich richt op oled-schermen.

In tegenstelling tot Solaytec zullen de machines van het nieuwe bedrijf niet zijn logo dragen. ‘Solaytec is een oem: we ontwerpen het hele systeem en hoewel NTS het voor ons heeft gebouwd, brengen we het zelf op de markt. Sald gaat over innovatie: onze kerntechnologie is de depositiekop en onze kernactiviteit is hoe deze te gebruiken in verschillende toepassingen. We zullen niet zelf de complete tools ontwerpen en vermarkten. Partners zoals VDL ETG gaan dat doen. Meer in het algemeen zullen we, geheel in de geest van de Brainport-regio, actief op zoek gaan naar samenwerking om het beste uit deze geweldige technologie te halen.’