Kennis en kunde staan centraal in push naar Smart Industry
De machinebouw blijft sterk in beweging. Er is een digitale transitie gaande die betrekking heeft op zowel de bouw en ontwikkeling van producten als op de bijbehorende processen. Daaruit ontstaat een Smart Industry. Uit een tweede rondvraag van Siemens Digital Industries Software blijkt dat het vinden, binden en behouden van de juiste mensen cruciaal is.
Technologische ontwikkelingen maken machines slimmer. Ze worden uitgerust met sensoren en software waardoor ze via iot op afstand kunnen worden bewaakt en aangestuurd. Door machinedata beter en sneller te benutten ontstaan voor machinebouwers nieuwe mogelijkheden om proactief diensten te leveren aan hun klanten. Artificial Intelligence speelt hierbij een grote rol.
De impact van de digitalisering wordt steeds groter. Machinebouwers die het concept van Smart Industry omarmen, zijn beter in staat om snel op veranderende klantenwensen in te spelen, onder meer door meerdere productvariaties aan te bieden. Dat flexibiliseert niet alleen de productiecapaciteit, maar het verlaagt ook de kosten. Bovendien creëren innovatieve fabrikanten nieuwe businessmodellen door bijvoorbeeld remote services te bieden en machines niet alleen te verkopen, maar op basis van performance contracten aan te bieden.
Welke stappen hebben Nederlandse machinebouwers de laatste jaren gezet in de digitale transformatie? Richten ze zich voornamelijk op de kosten of (ook) op de klanten? En welke bedrijfsstrategie ligt hieraan ten grondslag? In hoeverre zijn ze in staat om het totale proces van ontwerp, fabricage en service integraal digitaal aan te pakken. En welke businessdrivers bepalen of een bedrijf behoort tot de kopgroep in de Smart Industry? Dat heeft Siemens onderzocht in zijn tweede benchmark waarbij het ruim honderd Nederlandse machinebouwers ondervroeg.
Start snel
Uit de eerste Smart Industry-enquête van Siemens kwam naar voren dat veel bedrijven de kat uit de boom keken als het ging om digitalisering. Ja, ze zagen de voordelen in de industriële automatisering, zoals het leveren van meer maatwerk en een kortere time-to-market. In de directiekamers werd de noodzaak echter nauwelijks gevoeld. Slechts 17 procent van alle machinebouwers had twee jaar geleden de digitale transformatie als top-3-prioriteit op de agenda staan.

Dat de impact van digitalisering inderdaad groter is geworden, blijkt uit het feit dat inmiddels een op de drie directies het hoog op haar prioriteitenlijst heeft staan. Nog steeds draait het om modularisatie en klantspecifiek produceren, en je producten sneller naar de markt brengen. ‘Het is een mooie stap in de goede richting, maar het kan nog beter’, vindt Patrick Fokke, salesdirecteur bij Siemens Digital Industries Software. ‘Alle bedrijven moeten echt resources vrijmaken, en de juiste mensen tijd en ruimte geven om met de nieuwe technologieën bekend te raken. Ik moedig iedereen aan om er energie in te steken en te achterhalen wat het voor zijn organisatie kan betekenen. Doe je dat niet, dan mis je de boot. Dan ontbreekt de expertise en de capaciteit om te profiteren van de nieuwe mogelijkheden en je organisatie erop af te stemmen.’
Wat is Fokkes belangrijkste advies naar aanleiding van het rapport? ‘Wacht niet en start snel. Twee jaar geleden was dat ook mijn tip en er zijn al heel wat bedrijven aan de slag gegaan, maar ik vind dat er nog te veel organisaties te passief zijn. Die achterblijvers moeten echt stappen ondernemen, want anders gaan ze kopje onder. Ze moeten snel een traject in van test before you invest. Ik hoor weliswaar nog regelmatig dat klanten er niet om vragen en leveranciers daarom afwachten. Maar dan wacht je totdat het je overkomt, in plaats van dat je je goed voorbereidt op wat zeker gaat komen. Bedenk ook dat zo’n klant vaak niet eens weet dat hij die geavanceerde technologie wil hebben. Toch wachten veel bedrijven tot de vraag er is. Dat lijkt me niet verstandig. Het kost immers tijd om je eigen organisatie in te richten.’
Vinden en binden
Er zijn tegenwoordig genoeg goede producten beschikbaar op de markt voor de transitie. De bottleneck van vandaag is het gebrek aan expertise en capaciteit om toepassingen te ontwikkelen. ‘Met name kleinere bedrijven lopen daardoor het risico dat ze de ontwikkelingen niet meer kunnen bijbenen’, schrijft Egbert-Jan Sol, programmadirecteur Smart Industry bij TNO, in een commentaar bij het rapport. ‘Maar ook voor grotere organisaties geldt dat medewerkers hun pensioen niet meer kunnen halen met alleen schoolkennis. Levenslang leren is het motto.’

Met stip gestegen op de directieagenda is het vinden, binden en behouden van medewerkers. Vanuit het niets noemt nu 47 procent van de geïnterviewden dat als een van de belangrijkste prioriteiten. Fokke vindt dat een van de opvallendste resultaten van het onderzoek. ‘Zeker in de machinebouw worden bedrijven geconfronteerd met een ouder wordend personeelsbestand’, zegt hij. ‘Het wordt steeds lastiger om vervangers te vinden, jonge mensen die interesse hebben in techniek. Zeker in deze fase van digitale transformatie staat het hoog op de agenda om dat op te lossen.’ Er is vooral vraag naar software-engineers. Die categorie steekt met kop en schouders boven de andere uit. ‘Maar je ontkomt er niet aan om ook de mechanische basis te begrijpen. Die specialisten blijven we zeker nodig hebben.’
Geen haarlemmerolie
Gevraagd naar welke technologische ontwikkelingen de grootste impact hebben op de toekomstige bedrijfsvoering wijst tweederde naar slimme sensoren. Ook bekende trends als robotica, big data en iot scoren hoog. ‘Die slimme sensoren zijn vaak het eerste waaraan bedrijven denken als ze willen digitaliseren’, verklaart Fokke. ‘Hoe ga ik sensoren in mijn machine of in mijn productielijn integreren zodat ik de data kan verzamelen die ik nodig heb? Let wel dat bedrijven eerst duidelijk op hun netvlies moeten hebben wat ze überhaupt met de data gaan doen. Gaat het om monitoring, connectiviteit, onderhoud, noem maar op.’
Met het verzamelen van data komen we automatisch op het terrein van machine learning en artificial intelligence. ‘Dat is momenteel een hype’, constateert Sol. ‘Begrijpelijk, want er zijn legio voorbeelden van succesvolle implementaties. Maar ai is geen haarlemmerolie. Zonder de juiste aanpak en expertise is de kans op slagen klein. Je moet bijvoorbeeld weten welke datasets precies nodig zijn en of de data schoon genoeg is. Als je veel data verzamelt, is het verder zaak dat op een cyberveilige wijze te doen, inclusief aandacht voor de juridische aspecten. Om de dataveiligheid te waarborgen is kennis van zaken nodig maar ook organisatorische discipline.’
Slechts een op de vijf machinebouwers kwalificeert de ontwikkeling van ai-toepassingen als belangrijk of kritiek. Bij 38 procent heeft het zelfs helemaal geen prioriteit. Toch ziet Siemens dat op steeds meer gebieden van Smart Industry wordt gebruikgemaakt van die technieken. Zo beschikt inmiddels meer dan de helft van de machinebouwers over intelligente simulatiesoftware voor de ontwerp- en testfase. Daarnaast werkt 47 procent met iot-sensoren en 40 procent met andere vormen van connected devices. Ook ai-toepassingen op het gebied van supply chain management, kwaliteitscontrole en voorspellend onderhoud worden vaak ingezet.
‘Een van de grootste wensen is momenteel om de productieplanning te optimaliseren’, zegt Fokke. ‘Een bill of materials is al langer zeer gangbaar. Nu wordt ook de bill of processes belangrijk; hoe ontwerp je je product zodanig dat je het kostenefficiënt kan produceren en assembleren? En hoe optimaliseer je de capaciteiten in je fabriek? Je ziet daarom steeds meer contact tussen ontwikkelaars en productie-engineers om dat af te stemmen. Artificial intelligence zou in die trend een voorname rol kunnen spelen.’