Kansloze technologie?
Nog niet zo lang geleden hadden de captains of industry hobby‘s van een geheel andere aard dan wat je vaak in de krant leest rond de presentatie van de jaarcijfers. Die hobby‘s waren kostbaar, maar een stuk leuker voor de medewerkers. Zo wilde ’ons meneer Frits‘ als werktuigbouwer binnen Philips zijn vakgebied een sterke rol laten spelen in onder meer milieuvriendelijke energiesystemen. Dit resulteerde in een grote activiteit op het gebied van stirlingmotoren met een heleboel mooie techniek, een automotor samen met Ford, een grasmaaier en nog wat grotere machinerie.
Ik raakte in die groep verzeild rond de vorige echte energiecrisis begin jaren tachtig. De ouderen onder ons herinneren zich die nog wel met de Club van Rome, de autoloze zondag, benzine op de bon en ’Kiele kiele Koeweit‘ van Farce Majeure. Het doel van de groep was energiesystemen en warmtepompen ontwikkelen met een significant beter rendement voor koelsystemen en centrale verwarming. En inderdaad bleek de stirlingcyclus daar heel geschikt voor te zijn.
Een stirlingmachine is een volledig gesloten systeem en komt in het kort neer op twee uit fase bewegende zuigers die samen een krukas aandrijven. De zuigers verplaatsen een binnen de machine opgesloten werkgas dat bij externe aan- en afvoer van warmte door uitzetting en krimp zorgdraagt voor energieoverdracht. De cyclus kan ook worden omgedraaid. Door de as aan te drijven, wordt een deel van de machine koel en een ander deel warm – een warmtepomp dus. Een combinatie van een motor en een koelmachine geeft een verwarmingsapparaat met een rendement van veel meer dan 100 procent met als meest geavanceerde versie de Vuilleumier-warmtepomp met vrije zuiger en zonder krukas. Uiteindelijk is dit onderzoek gestopt, niet alleen vanwege de nodige technologische hindernissen rond levensduur en betrouwbaarheid maar ook door het verdwijnen van de noodzaak, omdat er toch meer olie bleek te zijn dan de Club van Rome had berekend.
Sinds die tijd was Stirling voor mij op de achtergrond geraakt als een van die schijnbaar kansloze technologieën die er op papier mooi uitzien maar nooit een grote doorbraak kennen. Toch is het proces dermate interessant dat nog steeds hele volksstammen er met dezelfde overtuiging als Frits Philips onderzoek naar doen, als studentenproject of binnen een bedrijf. Zo kon het eigenlijk ook niet uitblijven dat het principe in deze nieuwe energiebewuste tijd weer opduikt als een oplossing voor onze problemen.
Onlangs ontmoette ik iemand van het bedrijf Microgen Engine, dat een stirlingmotor met vrije zuiger op de markt brengt die is gecombineerd met een elektrische generator in één behuizing. Systemen zoals dit zijn bedoeld om elektriciteit te leveren aan het lichtnet en worden ingebouwd in moderne cv-installaties. Wanneer dit principe massaal wordt ingevoerd, krijgen we decentrale energievoorziening in smart grids. En daar komen de kansen om de hoek kijken voor ons mechatronici. Al deze machientjes moeten immers worden bestuurd en dat is echt een heel mooie uitdaging. Of ze lopen tegen dezelfde problemen aan als windmolens, die ook te vaak niet draaien omdat er iets aan mankeert.
Als je hier goed over nadenkt, vallen een paar dingen op. Moeilijke technologieën hebben vrijwel altijd een lange adem nodig om tot wasdom te komen – denk ook aan lcd-tv – en gezien de grote investeringen zijn er machtige mensen nodig als beschermheer om die technologieën een kans te geven. Wanneer die beschermheren in onze westerse kortetermijngerichte cultuur uitsterven dan houden we het niet droog. Gelukkig zijn er initiatieven vanuit het mkb zoals Devlab om samen te werken aan dergelijke technologieën. Als er iets is dat overheidssubsidie verdient, dan is het dat. Geef kleine ondernemers met visie een kans om samen iets groots tot stand te brengen. Misschien wel als virtuele multinational waar iedereen met behoud van eigen identiteit van profiteert.