Hoe kleiner hoe leuker

Angelo Hulshout heeft een ambitieus plan om fabrieken efficiënter te maken met behulp van Smart Industry-technologieën als het internet of things, cloud en machine learning. In Mechatronica&Machinebouw rapporteert hij over de voortgang van zijn inspanningen.

Angelo Hulshout
17 december 2021

Hoe kleiner hoe leuker. Ongetwijfeld denken velen in de Brainport-regio hierbij direct aan chips en nanometers, en aan ASML. Ik wil het echter hebben over kleine bedrijfjes in de maakindustrie. Het is namelijk erg leuk om daarmee te werken. Er blijken in Nederland en in Italië, waar we met Shinchoku actief zijn, op dit moment best wel veel kleine maakbedrijven te bestaan waar qua automatisering nog heel veel te winnen valt.

Foto: Hayley Seibel op Unsplash

Dat is leuk, want het geeft ons de mogelijkheid om hen te helpen met die automatisering, gebruikmakend van kennis die we meebrengen vanuit onze ervaring met grotere bedrijven. En het is leuk omdat het we bij het automatiseren dingen mee kunnen nemen waar ze bij die kleintjes in eerste instantie niet aan denken.

Goede bedoelingen

Een tijdje terug was ik bij een bedrijf waar ze per week een kleine ton aan staal weggooiden door fouten in de afstelling van de machines. De voorman van die fabriek had tijdens een gesprek daarover snel door dat er veel te winnen was door de setup te automatiseren en te blijven monitoren.

Dat was een snel resultaat, maar eentje waarvan de eigenaar van de fabriek, toch wat verbaasd stond. Die had er helemaal nooit bij stilgestaan dat ze een ton afval per week konden voorkomen door de afstelling van een machine beter te beheren. Heel simpel, maar heel belangrijk: meten is weten snappen deze mensen wel, maar pas als ze zien hoe en wat we meten, valt het kwartje echt. Dan is het spreekwoordelijke hek van de dam en mogen we opeens alles meten, weten en verbeteren bij deze kleine partijen.

Hoe dat komt? Heel vaak hebben de bedrijven waar we nu mee werken al eerder over automatisering gesproken, met grotere adviesbureaus en consultants. In veel gevallen zijn die gesprekken uitgedraaid op het kopen van een planningspakket, een mes-oplossing of een (eenvoudig) erp-systeem, waarna de problemen eerder groter dan kleiner zijn geworden.

Niets ten nadele van de leveranciers en consultants. Die werken vanuit een referentiekader dat is gebaseerd op grote bedrijven en daar is altijd wel iemand die voldoende verstand heeft van automatiseren om te zorgen dat dingen geregeld worden en mensen opgeleid. In kleine bedrijven, zeg tot een grootte van zo’n 50 man, is dat vaak niet zo. Die installeren vol goede bedoelingen zo’n oplossing maar halen er dan niet uit wat erin zit.

Gebrek aan kennis

De fabriek met de verkeerd afgestelde machine is een mooi voorbeeld. Bij de machine zit een softwarepakket waarmee de setup uitgevoerd kan worden op basis van instellingen voor verschillende producten. Dit pakket draait op een pc en communiceert via het netwerk met de machine. Nu heeft de klant wel een pc, maar die hangt maar één keer per jaar aan het netwerk, tijdens het jaarlijkse machineonderhoud. Tijdens de setup wordt dus alles op de machine zelf ingesteld, met herhaalde menselijke fouten tot gevolg.

Iets vergelijkbaars gebeurt in het magazijn van de fabriek: er is een erp-systeem waarin orders van klanten worden bijgehouden, maar daarnaast wordt er in een spreadsheet geregistreerd hoeveel stuks aanwezig zijn van de verschillende onderdelen. Probeer dan maar eens accuraat een leverdatum te geven aan een klant op basis van beschikbare onderdelen. Dat valt niet mee.

De reden is in beide gevallen dezelfde: de software is geïnstalleerd en de werking is uitgelegd (zelfs aan bod geweest in een training). Door gebrek aan kennis en affiniteit met automatisering is een en ander echter nooit goed in gebruik genomen, laat staan beheerd.

Closed loop

Dat kan anders. Waar anderen een oplossing in één keer neerzetten en uitleggen, zetten wij kleine stappen in de invoering en nemen we de medewerkers van de klant bij de hand tijdens de invoering. Daardoor kunnen we alles beter laten aansluiten bij de manier van werken in het bedrijf (en ja, daar maken we ook aanpassingen in, samen met het bedrijf) en voorkomen we dat na een of twee jaar dezelfde problemen terugkeren.

Hierbij gaan we altijd uit van een ‘closed loop’, zodat medewerkers de resultaten van hun eigen acties ook kunnen meten en terugzien in rapportages. Dat is een bonus voor de klant. Niets is leuker dan jezelf verbeteren. Nou ja, één ding: anderen helpen zichzelf te verbeteren – en dat gaat ons heel goed af bij de kleine maakbedrijven.