Een grafiek met kleuren doet wonderen op het moment dat je iets moet beslissen

Dragos Dascalu van Dassault Systèmes is gepassioneerd over duurzaamheid. Hij is ervan overtuigd dat tooling helpt om duurzaamheidsvraagstukken inzichtelijk te maken en betere beslissingen te nemen.

René Raaijmakers
21 september 2022

Dragos Dascalu (27) ging naar de middelbare school in de VS en zijn geboorteland Roemenië en studeerde vervolgens autotechniek en -design in Arnhem. Daar werkt hij met Solidworks, de tooling van Dassault Systèmes voor mechanisch ontwerp en simulatie. ‘Het werd mijn standaard gereedschap voor als ik een idee wilde uitwerken.’

Later begon Dascalu als stagiair bij Dassault in het Britse Cambridge. ‘Ik denk dat ik de mensen achter de tooling wilde ontmoeten. De oorspronkelijke ontwerpers maken nog steeds deel uit van het kern-r&d-team. Zij hebben deze geweldige dingen in de jaren negentig ontwikkeld met kennis uit de auto-industrie. Het was leuk om met hen om te gaan en samen te werken, want zij hadden alle kennis van voor het cad-tijdperk.’

Toen hij, vooral door vrienden, terug naar Nederland verhuisde, kreeg Dascalu een baan aangeboden als solution-consultant bij Dassault in ’s-Hertogenbosch. ‘Daar stapte ik uit mijn beperkte cad-wereld en leerde ik meer over productie, lifecyclemanagement, revisies en alle dingen die je nodig hebt om een product op de rails te houden.’

Dascalu ziet schoonheid in de gemeenschappelijke taal die tooling biedt aan ontwikkelaars, ingenieurs en wetenschappers. ‘Het hebben van deze co-development-omgeving met gemeenschappelijke visuals is cruciaal voor samenwerking. Het stelt je in staat om te communiceren tussen afdelingen die niet zo veel met elkaar gemeen hebben als het gaat om voorkennis of hun eigen onderzoek.’

Hetzelfde geldt voor het werken aan duurzaamheid, betoogt hij. ‘We kunnen geen beslissingen nemen zonder overleg te plegen, toestemming te krijgen van de juiste mensen en te kijken wat gemeenschappen buiten onze westerse wereld nodig hebben. Er is echt behoefte aan samenwerking.’

De problemen die zich de afgelopen jaren hebben opgestapeld op het gebied van klimaat, beschikbaarheid van materialen en energie worden uitbesteed aan jouw generatie. Wat vind je daarvan?

‘Ik geloof dat elke generatie een bepaalde verantwoordelijkheid heeft. Ook al kennen we alle wetenschappelijke feiten en weten we wat we moeten doen, soms gaan we eraan voorbij of we besteden de problemen uit, zoals aan mijn generatie. Maar als we erin slagen dit te overwinnen, dan kunnen we het positief benaderen en het niet zien als een doemscenario dat we moeten bestrijden.’

Hoe kijk je naar de huidige problemen?

‘De oplossing is niet zwartwit. In de zin dat we de milieuproblemen kunnen wegpoetsen en gewoon verder leven. We zullen een nieuwe relatie moeten definiëren met grondstoffen, onze consumptiepatronen, onze energiebronnen, enzovoorts. We zullen ons voortdurend moeten aanpassen aan wat beschikbaar is. We zullen ook moeten samenwerken met mensen die voorheen niet in onze bubbel zaten.’

‘We hebben een kunstmatige wereld gecreëerd met dingen om onze tekortkomingen te compenseren: daken boven onze hoofden, vervoer, medicijnen, enzovoorts. Nu moeten we meer harmonie creëren tussen natuur en producten. Je zou kunnen zeggen dat Dassault probeert de juiste hulpmiddelen te bieden die de complexiteit van dit doel vereenvoudigen.’

‘Als we beginnen met te proberen de natuur te begrijpen – wat al een complex doel is – dan zetten we al een belangrijke stap in de richting van duurzaamheid. Veel culturen zullen het niet met elkaar eens zijn als het gaat om wat natuur voor hen betekent. De ruimte die ik zie voor de tooling is om deze complexiteit te vereenvoudigen en deze verschillen toch te laten bestaan. Het is onze taak om de oplossingen meer inclusief en verteerbaar te maken voor steeds meer mensen. Dit brengt me terug bij samenwerking. Ik geloof niet dat beslissingen voor de toekomst kunnen worden genomen door een kleine elitaire groep, zoals wij ingenieurs. Wij hebben onze behoeftes en eigen perspectief en hebben daarmee een beperkte kijk op verschillende problemen. Onze bevoorrechte geografische ligging en levensstijl brengen blinde vlekken met zich mee.’

Wat en wie moeten we erbij betrekken?

‘Als we de juiste mensen erbij betrekken, kunnen we informatie over natuur en hulpbronnen verzamelen die nauwkeuriger en representatiever is. En als we deze informatie toegankelijker maken en koppelen aan specifieke gevallen van productontwikkeling, kunnen we betere beslissingen nemen.’

‘Veel gevallen van misbruik van het milieu kunnen worden opgelost door de rechten van de natuur te erkennen, net zoals we dat met de mensenrechten hebben gedaan. Deze zijn internationaal overeengekomen en juridisch bindend. Deze juridische status kan ook gelden voor de natuur, of het nu gaat om een rivier, een berg of een veengebied. De Maas hier in Nederland heeft wettelijke rechten gekregen. Misschien heb je weleens gehoord van de Maasschoonmaak, een collectief dat bedrijven, burgers, activisten, vrijwilligers en beleidsmakers mobiliseert om de rivier schoon te maken. Wanneer land in wetgeving wordt vertegenwoordigd, kan het ook worden verdedigd, waardoor advocaten en rechters macht krijgen over exploitatie-initiatieven die het ecosysteem zouden schaden.’

‘In Nederland is al veel natuur overgenomen door onze soort. Daarom loopt dit land misschien ook wel voorop bij het ontwikkelen van initiatieven om te beschermen wat er nog over is, waarbij we ons laten inspireren door andere landen.’

‘Daarbij zal de functie van de tooling zijn om de complexiteit te vereenvoudigen en inzichtelijk te maken op een scherm of een dashboard. Om betere beslissingen te kunnen nemen. Dat betekent vaak ook het opgraven van gegevens die bedrijven in de afgelopen tien, twintig jaar hebben opgeslagen. Sommige gegevens moeten worden opgeschoond en vandaag beschikbaar gemaakt voor de beoordelingen die we proberen te doen.’

Waar zit het laaghangende fruit?

‘Bedrijven moeten eerst gaan begrijpen waarom ze moeten ingrijpen. Werknemers opleiden om te begrijpen waarom bepaalde bosbranden nu plaatsvinden, of waarom hele gemeenschappen worden verdreven van land waar ze al duizenden jaren wonen, alleen maar omdat we iets onder hen vandaan willen halen. In het grote geheel der dingen is zo’n gebeurtenis slechts een moment in de tijd. Maar het is schadelijk. Niet alleen voor de toekomst van dat bedrijf zelf maar ook voor toekomstige generaties.’

Waarom ben je gepassioneerd over duurzaamheid?

‘Gewoon verantwoordelijk willen zijn is er onderdeel van. Aan de andere kant zou ik graag met eigen ogen willen zien dat mijn kleinkinderen en andere mensen de dingen kunnen beleven waar wij nu van genieten, zoals fietsen, dansen, hun geliefden in de ogen kijken, enzovoorts. Op dit moment is het niet duidelijk of zij deze voorrechten zullen hebben of dat zij onstabiele periodes zullen doormaken en met veel meer ongemak te maken zullen krijgen dan wij ons ooit kunnen voorstellen.’

‘De mensen moeten worden geïnformeerd voordat zij in staat zijn de definitie van hun interventie te bepalen. Waar beginnen ze? Dat is een deel van wat een evaluatie kan doen. Ongeacht het instrument dat je gebruikt voor de beoordeling, het biedt je een eind-tot-eind-traject, van je r&d, engineering, productie, het gebruik van het product tot op het einde het product op magische wijze verdwijnt. Deze laatste stap is het deel dat we moeten oplossen en ofwel recycleren ofwel hergebruiken. Alle materialen die schaars worden eruit halen en kijken wat we ermee doen. De hele levenscyclus moet worden verlengd.’

‘Deze oefening brengt een hoop complexiteit aan het licht. Maar het helpt als je het kunt vereenvoudigen, niet alleen met een histogram, maar visualiseer het op meerdere niveaus op een manier die je kunt begrijpen. Een grafiek met kleuren doet wonderen op het moment dat je over iets moet beslissen.’

Wat zie je gebeuren bij klanten in de tech-industrie?

‘Voor hun studies en milieurapportage huurden bedrijven vroeger consultants in. Nu moeten plotseling de personen die verantwoordelijk waren voor de communicatie met die consultants een team samenstellen en de interne organisatie in kaart brengen voor alle milieukwesties en -processen. Wie zorgt er voor hun afval? Het energieverbruik? Wat gebeurt er met de logistiek? Dit gebeurt intussen intern omdat bedrijven transparanter moeten worden over duurzaamheid. Niet alleen naar de maatschappij maar ook naar toezichthouders.’

Nog niet alles is verplicht?

‘Veel bedrijven publiceren al wel hun stuklijsten, hele end-to-end-proces en milieu-impact op hun website. Zeker als je een reputatie of een publiek imago hebt op te houden, is dit een must. Ik zie al websites die al deze onderwerpen behandelen. Als ik met die bedrijven een gesprek begin over levenscyclusanalyse, heb ik al een goed idee van waar ze staan.’

‘Maar soms zie je een duurzaamheidspagina van een bedrijf waarop alleen een plaatje van een boom staat en een kleine verklaring. Geen gegevens, geen end-to-end-beoordeling, niets. Dan realiseer ik me vaak dat deze bedrijven misschien geen reputatie hebben hoog te houden, of dat ze wat meer in de schaduw opereren. Ze hebben misschien wat extra tijd om dit in te vullen, maar ik zie niet in hoe nieuwe regelgeving hen zal ontzien alleen omdat ze niet rechtstreeks klanten bedienen of in iemands toeleveringsketen zitten.’

Realiseren bedrijven zich dat ze zich uiteindelijk aan de regelgeving moeten houden?

‘De harde waarheid is dat als zij geen financiële stimulans zien om te veranderen, zij waarschijnlijk zullen wachten tot de regelgeving hun vraagt om te veranderen. Maar ze zullen uiteindelijk een manier moeten vinden om het intern en extern te rechtvaardigen, nieuwe functies binnen hun bedrijf te definiëren, hun werknemers opleiding te geven. Dat zal allemaal leiden tot een verandering van hun activiteiten. Het moet niet alleen een extra verantwoordelijkheid voor de ingenieurs zijn, maar het moet ook een specifiek vak worden.’

Sommige deskundigen zien sommige bedrijven in paniek raken.

‘Ik zie dat ook. Dit wordt misschien bevorderd door de media en de bekendheid die het onderwerp de afgelopen pakweg twee jaar heeft gekregen. Voorheen was ik vaak nogal teleurgesteld over hoe deze onderwerpen werden behandeld. Nu moeten plotseling de bedrijfsmodellen veranderen.’

‘Na een snelle evaluatie beseffen bedrijven hoe weinig informatie ze kunnen bieden als de EU of hun regering hun van de ene op de andere dag zou vragen om meer huiswerk te maken over duurzaamheid. Ze hebben de audit, de beoordeling van hun afval niet. Maar mensen realiseren zich dit ook door naar de concurrentie te kijken of met vrienden te praten. Die werken misschien voor een ngo en dan zien ze dat ze niet in een goed daglicht staan. Het kan zijn dat ze een andere businesscase voor hun producten moeten vinden of moeten investeren in verandering of hervorming. Sommige bedrijven zijn afhankelijk van materialen die gewoon steeds schaarser worden. Hun bedrijfsmodel moet veranderen in de richting van het repareren, opknappen of verlengen van de levenscyclus van producten. Stel je maar een productiebedrijf voor dat zich ineens moet omturnen in een reparatie- en servicecentrum. Ze hebben het niet gepland, maar het is misschien wel de enige manier om overeind te blijven als ze willen groeien en bloeien.’

Waarom zouden bedrijven aandacht moeten besteden aan het PEP Ecopassport-programma?

‘Dit Europese initiatief is een internationaal referentieprogramma voor milieuverklaringen van producten uit de elektrische, elektronische en verwarmings- en koelingsindustrie. Het maakt de milieuvoetafdruk van producten zichtbaar. Het is niet specifiek voor een industrie, geregistreerden vermelden gewoon de materiaallijst: het soort gewicht dat ze gebruiken voor elk materiaal – zink, koper, zerodur, fluorkoolstoffen, wat dan ook.’

‘Je maakt ook berekeningen op basis van het soort energie dat is gebruikt om de materialen te produceren, welke logistiek erbij komt kijken, en vervolgens publiceer je de scores.’

‘In de eerste plaats zorgt dat voor transparantie in de toeleverketen en naar klanten toe. Het geeft de zekerheid dat alles in overeenstemming is en ten tweede heb je een basislijn die je kunt vergelijken met toekomstige productgeneraties. Niemand neemt het iemand kwalijk dat hij deze baseline in 2005 niet had. Maar als je in 2019 geen vertrekpunt hebt, dan is er een probleem. Het betekent dat je niet naar je gegevens kijkt en doorgaat met business as usual.’

‘Het gaat erom de juiste cijfers te verzamelen. Je hoeft geen specifieke tool te gebruiken, het mag best een spreadsheet zijn. Maar je moet dit wel verzamelen voor de toekomst, het visualiseren en aanpassen voor toekomstige versies en productgeneraties.’

‘We verwachten dat dit paspoort verplicht zal worden. Dat zal enige paniek veroorzaken want wie het niet heeft, krijgt te maken met sancties. Dus als je met een heel kleine marge opereert, dan dreigen er boetes. De reden waarom ik dit interessant vind, is dat het bedrijven van buiten de EU die hier willen verkopen, dwingt om ook hun toeleverketen te herzien. Dit is echter niet eerlijk want wij hebben nog steeds het voorrecht om veel van ons afval naar bijvoorbeeld Afrikaanse landen te verschepen. Maar het geeft wel een baseline van wat er moet gebeuren. Ongeacht waar een bedrijf zich bevindt, de schade aan het milieu wordt ons allemaal aangedaan.’

Welke discussies voer je hierover binnen Dassault?

‘We praten veel over hoe je dit onderwerp brengt. Over hoe je emoties kunt beïnvloeden en hoe je het behalen van duurzaamheidsdoelen aantrekkelijk kunt maken. Wat is de juiste beloning? Hoe kun je prikkelen behalve door sancties? Angst voor de overheid is de slechtste prikkel om dit te implementeren. We bespreken vaak hoe we mensen kunnen motiveren om dit vrijwillig te doen.’

‘We zien dat eenvoudige dingen een positieve emotie kunnen geven. Specifieke visuele elementen zoals kleurenschema’s, wanneer het gaat om het maken van evaluaties of wanneer we oplossingen proberen te implementeren. Als je eenmaal je evaluatie hebt gedaan, je doelen hebt gesteld en alle activiteiten hebt gedefinieerd die te maken hebben met een specifiek engineering-item of assemblage van items van een heel product, krijg je een goed beeld van hoe ver je nog van je doel verwijderd bent. Er zullen brokken zijn die je het eerst kunt aanpakken om je doel te verwezenlijken en daarna zelfs verder te verbeteren. Zodat we tegen 2030 een heel eind zijn.’

Zullen we er in 2050 zijn?

‘Als je kijkt naar hoe geavanceerd we vandaag de dag zijn, zouden we in staat moeten zijn om radicale veranderingen veel sneller door te voeren. Tijdens de pandemie zijn we allemaal gestopt met vliegen en hebben we alles snel aangepast. Er zijn vele andere voorbeelden in de geschiedenis waar hele samenlevingen in een week hun gedrag veranderden. Het lijkt er alleen op dat sommigen veel redenen blijven vinden om in een traag tempo te veranderen, maar ik geloof in ons potentieel om samen te werken.’

Op 12 oktober spreekt Dragos Dascalu op de Bits&Chips Sustainability Conference. Dit artikel is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met Dassault Systèmes.