Belgische fabrikanten van landbouwmachines boeren goed

2022 was een recordjaar voor de Belgische makers van landbouwmachines. Maar wat zit er echt achter hun stijgende omzetten? Inflatie speelt een rol, maar ondertussen automatiseert de landbouw steeds meer.

Tom Cassauwers
7 juni

De Belgische bouwers van landbouwmachines doen het goed. In het vierde kwartaal van 2022 zag de sector een omzetstijging van 38 procent vergeleken met het laatste kwartaal van 2021, volgens cijfers van sectororganisatie Agoria. Corona zorgde begin 2020 nog voor een scherpe daling van de omzetten, maar sindsdien maakte de sector dat ruimschoots goed. De laatste vier maanden van 2022 was het tiende kwartaal van aanhoudende positieve groei.

Foto: CNH Industrial

De stijging lijkt echter niet helemaal te danken aan de goede resultaten van de machinebouwers. Een deel van de groei moet toegeschreven worden aan de inflatie van de voorbije jaren. ‘Het is belangrijk om in het achterhoofd te houden dat de waarde van de machines steeg’, stelt Hans Verstreken, coördinator van Fedagrim, de federatie voor landbouw- en tuinmechanisatie. ‘De aantallen verkochte machines en tractoren zijn niet enorm gestegen. Corona heeft simpelweg een golf van prijsstijgingen in gang gezet, waarvan we in 2022 de piek zagen.’

Dat betekent echter niet dat de groei enkel toe te schrijven is aan prijsstijgingen. Onderliggend aan de inflatie groeit de sector wel degelijk volgens Verstreken. ‘Er is effectieve groei, die versterkt wordt door inflatie. Je krijgt dus een dubbel effect. De landbouwproductie staat al een tijdje onder druk. Corona liet bijvoorbeeld graanprijzen de lucht in gaan, en de crisis in Oekraïne zorgde ervoor dat ze nooit meer echt omlaaggingen. De machines die zulke productie ondersteunen zijn dus gewild.’

Duurzaam

Jeroen Stuyts, lab-manager bij het Vlaamse onderzoekscentrum Flanders Make, ziet die onderliggende tendens naar meer technologie zeer duidelijk. ‘Sommige landbouwmachines zijn tegenwoordig bijna rijdende fabrieken’, stelt hij. ‘Aan de technische kant zien we erg veel drive naar innovatie in de landbouw. Zowel bij landbouwers als bij machinebouwers is er veel interesse voor nieuwe oplossingen.’

Volgens Stuyts drijven verschillende trends de roep naar nieuwe technologie in de sector. Ten eerste is er het duurzaamheidsverhaal. Heel wat landen spelen met nieuwe regels voor de landbouw die emissies beperken, en tegelijk eisen consumenten steeds vaker duurzame producten. Ook is er in de landbouw al een tijdlang een arbeidstekort, wat de vraag verhoogt naar arbeidsvervangende technologie of machines die mensen ondersteunen.

 advertorial 
Daan Meijsen

Ingredients enabling carbon neutrality of warehouse systems

5 oktober 2023 vindt de INCOSE-NL workshop 2023 plaats, met spreker Daan Meijsen van Vanderlande. Tijdens de workshop krijg je inzicht in de verschillende cross-cutting duurzaamheidsperspectieven voor hightech systemen. Bekijk het volledige programma online en registreer nu!

‘Vandaag gebeurt er erg veel onderzoek op het gebied van elektrificatie’, voegt Stuyts toe. ‘Sommige landbouwmachines zullen in de toekomst steeds vaker elektrische functies hebben.’

Meer innovatie betekent echter niet altijd grotere machines. ‘In sommige landen, met erg uitgestrekte landbouwgronden, houdt dat soms steek’, stelt Stuyts. ‘Maar we zien evengoed de tegenovergestelde trend: heel wat kleinere, autonome machines, die met elkaar samenwerken.’

Recessie

Ondertussen zien we in 2023 steeds meer suggesties dat er een mogelijke recessie aankomt. Zo toont de CEMA-barometer, een enquête bij Europese producenten van landbouwmachines, dat de sector minder vertrouwen heeft in de toekomst.

Maar volgens Verstreken is er voorlopig geen reden tot paniek. ‘Uit contacten met onze leden zien we dat de situatie stabiel blijft’, stelt hij. ‘Een stijging zoals we die de voorbije jaren zagen, zullen we volgens mij niet meer meemaken. We kabbelen voort op het voorgaande niveau. Hier en daar zullen we misschien een lichte daling zien, maar het plaatje lijkt stabiel.’