3D-printen: onmiddellijk verbieden!

Hub Dohmen is technologieadvocaat bij Dohmen Advocaten.

14 november 2014

Met verbijstering zie ik het gebruik van 3D-printen toenemen zonder dat iemand er iets tegen doet. Wanneer stelt iemand hier eens orde op zaken? Dit is nu eens écht een ‘disruptieve technologie’. Krabbelen we eindelijk eens een beetje uit dat economische dal, staan er allerlei gewetenloze, op geld beluste cowboys op die de reeds tientallen jaren bestaande, goed functionerende productiemethoden dreigen te verstoren. Weet je dat iedere idioot overal ter wereld nu een pistool kan printen? Een pistool! Verbieden dus! Ohja, en meteen smartphones verbieden en, met terugwerkende kracht, internet, pc, videobanden, lopende band en niet te vergeten mp3’s en Napster. Opgeruimd staat netjes, weg met al die disruptieve ontwikkelingen. De hardwerkende gevestigde orde wordt alleen maar het brood uit de mond gestoten.

Stop maar met verzet. Of 3D-printing nu een hype is of niet, de 3D-printer is een blijvertje. Additieve manufacturing biedt vele voordelen. Een van de meest in het oog springende is de vrijheid bij het ontwerpen en produceren. Vormen die met conventionele technieken onmogelijk zijn, zijn voor een 3D-printer peanuts. Individualisering is een ander voordeel: iedereen, ook de consument, kan, zonder over noemenswaardige kennis te beschikken, producten maken en personaliseren. Je hebt alleen de G-code nodig; het computerbestand in een universeel bestandsformaat waarmee iedere 3D-printer overweg kan om een object te printen. Behalve met cad/cam kan de G-code ook worden gegenereerd met 3D-scanning van bestaande objecten. En, ja, namaken was nog nooit zo eenvoudig. Of dat een voordeel of een nadeel is …?

We zien nog maar net de contouren van de juridische aspecten van additieve manufacturing. Tot zover hebben die voornamelijk in de VS diepgaand wetenschappelijke aandacht. Als technologieadvocaat kijk ik dan ook likkebaardend over de plas. Gelukkig zijn veel Amerikaanse juridische principes universeel toepasbaar. Juridische input genoeg dus. Maar input van techneuten met hun vragen over juridische gevolgen van additieve manufacturing, díé zou ik willen hebben. Ik kan me wel enigszins verplaatsen in technologisch getinte vraagstukken – opgeleid en werkzaam geweest in de techniek – maar heb behoefte aan reacties van de échte techneuten: de lezers van Mechatronica&Machinebouw.

Want er zijn natuurlijk vraagstukken: hoe zit het met aansprakelijkheden? Wat als ik een defect onderdeel van een machine print en ik loop letsel op door een storing in die machine? Hoe verifiëren we de echtheid van dat onderdeel? Maar daar ontstaat ook weer nieuwe business: zo zijn er vergevorderde ontwikkelingen met meegeprinte chips.

En IP dan? Immers, over IP en namaak is wel het nodige te zeggen maar wat stellen copyright, merken- en modelrecht nog voor nu 3D-scannen met een smartphone in het verschiet ligt en de consument een Eames-stoel kan printen? De goedkoopste consumenten-3D-printer Makerbot kost als bouwpakket 250 euro (kant en klaar is hij ene paar tientjes duurder). Hema helpt ook mee: eerst de notaris, nu de topdesigners. Zal Hema dan een dreigbrief over auteursrecht krijgen voor de inbreuk van zijn 3D-printingklanten? Wordt additieve manufacturing de technologie die met fysieke objecten doet wat mp3-files deden met muziek?

 advertorial 
Daan Meijsen

Ingredients enabling carbon neutrality of warehouse systems

5 oktober 2023 vindt de INCOSE-NL workshop 2023 plaats, met spreker Daan Meijsen van Vanderlande. Tijdens de workshop krijg je inzicht in de verschillende cross-cutting duurzaamheidsperspectieven voor hightech systemen. Bekijk het volledige programma online en registreer nu!

De laatste juridische ontwikkeling gaat nog meer reuring brengen. Het kopiëren en downloaden van bestanden voor eigen gebruik mocht in Nederland. Om auteursrechthebbenden daarvoor te compenseren hadden we de thuiskopieheffing: een toeslag die consumenten betaalden voor blanco gegevensdragers, zoals cd’s en dvd’s, maar ook harddisks en mp3-spelers. Het Europese Hof van Justitie heeft dat echter recent verboden. En nu mogen Nederlandse consumenten dus geen bestanden uit illegale bron meer downloaden.

Maar het kopiëren voor niet-commercieel doel door consumenten (de thuiskopie) is nu óók op komst voor fysieke producten: 3D-printen. Daarmee komen die consumenten voor het eerst op potentieel grote schaal op het gebied van het merken- en modellenrecht. Die rechtssystemen passen hetzelfde principe toe als het auteursrecht: een thuiskopie mág. Daartegen kan een merk- of modelrechthouder dus niet optreden. Natuurlijk, de hiervoor genoemde goedkope consumentenprintertjes vormen nog geen serieuze bedreiging, maar dat duurt niet meer lang.

Ook voor octrooien en patenten kan er veel veranderen, want in zijn huidige vorm is het octrooirecht volstrekt onvoorbereid op de fundamentele verandering die consumenten met 3D-printen zullen veroorzaken voor de verkoop en distributie van fysieke producten. En wanneer print iemand voor het eerst door octrooi beschermde gewassen of geoctrooieerde medicijnen?

Het is dus dringend nodig dat de juridische aandacht voor additieve manufacturing fors wordt opgeschaald. Een geschil over modelrecht is gauw geboren. En tegelijkertijd: industrie, maak een vlucht naar voren. In de vorige eeuw kwam de bandrecorder op de markt en muzikanten en muziekexploitanten stonden op hun achterste benen, maar de rechter besliste: thuisgebruik is oké. En daarna begon het grote geld verdienen voor juist die muzikanten en muziekexploitanten.